Vertaald door Rob Gerritsen
Uitgeverij Prometheus
335 pagina's
Neen, de laatste roman van Veronesi vindt in mijn ogen geen genade. Toch valt in de pers geregeld het woord meesterwerk, enig in zijn soort … Waarom ben ik dan niet enthousiast?
Eerst het verhaal. In een Italiaans bergdorpje gebeurt nooit veel meer dan een slee die een lading toeristen terugbrengt van een uitstap. Op een dag keert het paard alleen terug, zonder zijn menselijke lading. In het bos vindt men de lijken terug van de slachtoffers. Allemaal zijn ze op een andere manier omgekomen, de ene al onwaarschijnlijker dan de andere. Wat is er gebeurd? Groot mysterie en al snel ook groot staatsgeheim. De kleine dorpsgemeenschap wordt tot in haar kern geraakt. Toch wordt het boek geen thriller, want het is al snel duidelijk dat de ware toedracht niet duidelijk zal worden. Tot zover geen probleem voor mij. Er zijn genoeg kwaliteitsvolle thrillers op de markt. Van Veronesi verwacht ik ook geen thriller.
De hoofdpersonages: een jonge arts en een priester verdiepen zich beiden in de gebeurtenissen, elk vanuit hun specifieke invalshoek, de wetenschap en de religie. Bovendien ook een vrouw en een man, X en Y. Een dubbele antithese om het verhaal aan op te hangen. Allerlei theorieën, van Freud tot Satan, worden erbij gesleept. ‘Toevallig’ gaan bij de jonge arts ook weer ‘spontaan’ de littekens open van een wonde die ze 15 jaar geleden opgelopen heeft. ‘Theoretisch is het niet mogelijk. Maar buiten de theorie om wel.’ En ik heb plots geen zin meer om verder te lezen. Hoeveel nonsens moet ik nog slikken? Ik hou van een verhaal met wendingen die er soms ver over zijn, maar de enige voorwaarde is leesplezier. Laat dat nu net zijn wat ik niet heb gevonden in deze studie van het ongerijmde.
Jammer, van de auteur van Kalme chaos had ik meer verwacht.
★☆☆☆☆
★☆☆☆☆
Geen opmerkingen:
Een reactie posten